Van Norel
door Fer Jantzen
Ruim 75 jaar geleden, in 1947, heeft Hans van Norel sr. zijn aannemersbedrijf ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Met het realiseren van uiteenlopende bouwwerkzaamheden vestigde hij de naam van Bouwbedrijf van Norel in de regio. In 1980 heeft zijn zoon Jan het bedrijf overgenomen die het bedrijf, mede door uitgebreide kansen in de markt, uitbouwde tot een respectabele bouwonderneming. Sinds 2000 heeft Hans van Norel jr., de derde generatie, de algehele leiding.
Piet Heres heeft op internet de genealogie van deze familie gepubliceerd. Het overzicht begint bij Lubbert Jans van Norel, geboren rond 1690, en loopt door tot het midden van de vorige eeuw.
Naast deze familie Van Norel is er nog een, maar niet verwant aan de hiervoor genoemde familie. Willem Gerrits uit Epe, zoon van Gerrit Harmsen en Maria Jans. neemt in 1812 de familinaam Van Noorel aan. Slechts 24 nakomelingen vond ik tot het begin van de vorige eeuw, die echter een mooie aanvulling vormen op het overzicht van Piet Heres.
De belangrijkste bronnen voor mijn onderzoek waren: www.streekarchiefepe.nl), www.geldersarchief.nl, www.openarch.nl en www.wiewaswie.nl.
Mocht u voor uw eigen onderzoek over een uitdraai van de gebruikte bronnen willen beschikken dan kunt die opvragen bij
Aan het eind is een namenindex opgenomen. Aanvullingen en verbeteringen zijn altijd welkom.
Klik HIER voor het overzicht
Bosch
Evertje (?) II-B.7.
Brummel
Gergjen (1808) II-B; Janna Jannes (1791) I; Jannes Kornelis (1762) I.
Busser
Jan (?) III.3; Reintje (1907) III.3.
Dijk, van
Dirkje (?) II-B.3.
Essen, van
Reintje (1880) III.5.
Feenstra
Faede Ouwes (?) III.2; Ouwe (1899) III.2.
Geerhof
Janna (?) III.
Jonker
Gerritje (1833) II-A; Leena Hendriks (1778) I.4, I.6; Reinder (?) II-A.
Kamphuis
Tijmen (1802) I.7; Tijmen (1829) I.7.
Keizer
Derk (?) III; Maria Aleida (1874) III.
Laar, van
Geertje (?) II-A.
Lotens
Arie (1900) III.1; Pieter Jacobus (?) III.1.
Noorel, van
Hendrika (1818) I.1; Janna Hermens (1767) I; Willem Gerrits (1789) I.
Norel, van
Aart (1835) I.9; Aartje (1877) II-B.8; Arend Jan (1873) III; Arend Jan (1911) III.5; Derkje (1909) III.4; Gerritge (1830) I.7; Gerritje (1866) II-B.3; Hendrikus (1819) II-A; Jan (1870) II-B.5; Janna (1900) III.1; Jannes (1833) II-B; Jannes (1906) III.3; Jantje (1826) I.6; Johanna (1874) II-B.7; Johanna (1903) III.2; Maria (1822) I.4; Reinder (1855) II-A.2; Willem (1853) II-A.1; Willem (1863) II-B.1; Willem (1864) II-B.2.
Plakmeijer
Albertus (1863) II-B.3; Timen (?) II-B.3.
Schut
Johanna (?) III.3.
Vembde, van
Hendrik (1821) I.6.
Vemde, van
Albertus (?) III.4; Gerrigje (1809) I.7; Hendrik Hendriks (1769) I.4, I.6; Jan (1819) I.4; Willem Jan (1907) III.4.
Vijge
Egbert (?) II-B.7; Hendrik (1867) II-B.7.
Vlekkert, van de
Arend (1810) II-B; Janna (1835) II-B.
Voorhorst
Hendrika (?) III.4.
Voortman
Bertha (1918) III.5; Frederik (1874) III.5.
Vries, de
Tjiske Kornelis (?) III.2.
Weelden, van
Cornelia (?) III.1.
zonder achternaam
Geezina Jans (?) I; Gerrit Harmsen (1756) I; Maria Jans (?) I; N.N. (1819) I.2; N.N. (1825) I.5; N.N. (1869) II-B.4.