Ampt is een andere schrijfwijze voor Ambt.
Het één en ander gaat terug tot de dertiende en veertiende eeuw. Het graafschap Gelre kende toen als geografische basis van het regionale bestuur een fijn ‘raster’ van ambten/ampten.
Aan het hoofd van een ambt stond een ambtman. Deze was aanvankelijk verantwoordelijk voor een onbeperkte serie bestuurstaken met later als uitzondering de taken die tot de rentmeester behoorden.
De taken van de ambtman omvatte bijvoorbeeld de civiele en strafrechtspraak, hij was de voorzitter van de in zijn ambt gevestigde rechtbanken; hij moest zijn ambt en de inwoners daarvan beschermen tegen alle mogelijk gevaren ( hield dus bijv. ook toezicht op dijken etc, was een soort dijkgraaf); moest weerbare mannen oproepen voor de landsverdediging, waarmee hij ook was belast; hij maakte hertogelijke besluiten bekend; bewaakte het landsheerlijke ontginningsrecht, het jachtrecht, het veerrecht en het recht op erfenissen van niet-Gelderse personen en van buitenechtelijke kinderen.
Wanneer de ambtman door al die taken overbelast raakte dan kon het ambt gesplitst worden.
De ambtsindeling functioneerde als basis van het regionale bestuur, er heeft bijvoorbeeld een iudex Velue (rechter van de Veluwe) bestaan en een iudex per Batuam (rechter in de Betuwe). Het begrip ‘ambt/ampt’ duidt dus op een geografische dimensie (in 1281/1282) en niet op een persoon of bepaalde taak.
Het bovenstaande is te vinden in het boek Het hertogdom Gelre, Deel IV, J.AE. Kuys, pag 156 – 165, Uitgeverij Matrijs.