
Terwijl de tranen over haar wangen biggelen, snikt Aartje Bosch dat ze inderdaad schuldig is aan de dood van haar zoontje. ,,Ik heb er enorm veel spijt van", huilt de twintigjarige inwoonster van de buurtschap Gortel, een gehucht ingeklemd tussen Epe, Vierhouten en Vaassen. Het is 6 mei 1903 wanneer Aartje kort na de bevalling compleet overstuur met haar zoontje het huis verlaat. Op het land legt ze de baby neer en buigt voorover. Zonder zich te bedenken, legt ze haar handen om het kleine keeltje van het jochie. Met trillende handen knijpt ze zo hard dat haar zoontje even later levenloos op de grond ligt.
Waar voor kindermoord door ongehuwde moeders meestal nog wel verzachtende omstandigheden gelden, gaat die vlieger voor Aartje niet op. Het wurgen van haar pasgeboren zoontje staat namelijk niet op zichzelf: het is al het derde kindje dat door de jonge, ongetrouwde vrouw vermoord wordt. Het verhaal van Aartje, geboren op 28 februari 1883 als dochter van dagloner Lubbert Bosch en Annatje van Norel uit Epe, is omlijst met ellende, waarvan eind negentiende eeuw de eerste berichten naar buiten komen. Op zeventienjarige leeftijd bevalt Aartje op 6 december 1899 van een zoon, Anton. Het is niet bekend wie de vader is. Wel is bekend dat Anton de kerstdagen niet heeft gehaald, want hij overlijdt op 22 december. De geschiedenis herhaalt zich vervolgens twee keer, waarbij na de droevige dag van 6 mei 1903 alles aan het licht komt.
Het is 14 mei 1903 wanneer de politie lucht krijgt van een geruchtenstroom die door de buurtschap Gortel gaat. Er zou een kindermoord zijn gepleegd. Een bezoek aan Aartje Bosch levert al snel duidelijk op. De jonge dame kan het grote geheim niet langer voor zich houden. Ze erkent haar zoontje te hebben vermoord en wijst de politie waar ze de dode baby heeft verstopt. Even later haalt de politie het lijkje onder het bedstro vandaan. Daarmee komt aan het licht dat de dood van haar jonge kindjes geen incidenten zijn.
De officier van justitie oordeelt dat Aartje Bosch haar kind met opzet heeft vermoord. Ze zou al voor de geboorte van haar zoontje het plan hebben bedacht hem om te brengen. Volgens de officier 'uit vrees voor ontdekking'. Er wordt een gevangenisstraf van twee jaar geƫist tegen Bosch. Ze wordt op 24 juni 1903 veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf.
Bron:
Eper Courant,
met dank aan Streekarchivariaat Noord Veluwe.