VAASSEN - "Dit is een feest van herkenning", zegt Jan Willem van Oldeneel tot Oldenzeel. Hij is een van de zeventig nazaten van douairière Charlotte T.M.A barones van Oldeneel tot Oldenzeel, die gisteren in de Cannenburch in Vaassen op zoek ging naar zijn voorvaderen. "Die tafel met dat marmeren blad stond bij tante Leo", aldus Van Oldeneel tot Oldenzeel. "Hij demonstreert nog even hoe hij als kleine jongen op het tafeltje leunde. "Het is goed te zien hoe alles hier een plek heeft gekregen", zegt zijn zus.

Conservator Jorien Jas leidt de familie rond door de verschillende zalen, die in de loop der jaren een andere functie kregen. Een familielid vertaalt alles in het Frans voor de Belgische tak, die eveneens ruimschoots vertegenwoordigd is. "Kijk, dat is nou je betovergrootvader", zegt een van de aanwezigen tegen zijn zoon, terwijl hij naar een groot portret wijst. De portrettengalerij in de Cannenburgh is bijzonder. "U ziet hier Anna Margaretha van Renesse en haar man Frederik Johan van Isendoorn met de voorouders in genealogische volgorde." Een van de dames kijkt naar de sieraden op het schilderij. "Die ketting en die broche zijn nog altijd bij ons in de familie", zegt ze. De nazaten bekijken alle vertrekken vol belangstelling. Ook het kleine meisje, July kijkt haar ogen uit. "Kijk mam, vogeltjes en wolken op het plafond." Ze is onder de indruk. Jas gaat de familie voor naar de eetzaal, waar speciaal voor dit bezoek de tafel gedekt is met tafelservies van de familie. De sauskommen en de soeplepels dateren nog van 1783, gebruikt door de familie van Isendoorn. Ook de chinees blauw porseleinen borden zijn van familie afkomstig en in 1978 geschonken aan de Cannenburch. Niet alles is in oorspronkelijke staat. Het kasteel is ingericht met stukken uit een zelfde periode om een goede sfeer te creëren. "Een statenbijbel", merkt Marie van Oldeneel tot Oldenzeel op. "Dat is grappig in een katholiek huis." Het geslacht Van Isendoorn was rooms-katholiek. Op de eerste verdieping van het kasteel is nog een huiskapel, die jaren dienst heeft gedaan als schuilkerk.

De Van Oldeneel tot Oldenzeels halen ruimschoots herinneringen op en bekijken aandachtig de minutieuze borduurwerken, gemaakt door tante Charlotte. "Het is fantastisch om dit te bekijken", zegt een van de nazaten. "Gelukkig heb ik mijn eigen Charlotte thuis gelaten", lacht hij. Zijn dochtertje heeft dezelfde naam als de douairière uit de negentiende eeuw. "Nee, ze is niet vernoemd. Ik was totaal niet bezig met genealogie. Maar wij vonden Charlotte een mooie naam. Misschien was er iets in mijn onderbewustzijn dat mij bracht tot de keuze." Het is voor het eerst dat de Brusselse tak van het nageslacht de Cannenburch bezoekt. "Maar ik weet zeker dat ik ooit, als mijn dochtertje wat ouder is, terug kom om haar deze familiegeschiedenis te laten zien."