1829:

De opening van het Griftkanaal is ‘ene grote weldaad’. Er voeren vanaf 13-4-1829 684 schepen door.
Er zijn beurtvaarten; 1 x per week naar Amsterdam en 1 x 3 weken naar Rotterdam.
Aangevoerd: winkelwaren, genever, wijn, azijn, turf, steen, kalk, hout, pannen, lompen, koolrapen.
Uitgevoerd: 320 voer Deventer hout, 30.000 st. groot hout, 800.00 st. klein hout, een paar honderd vimmen bossen, 300.000 voer hout, 1150 achtendeel boter, 32. 000 riem papier, 25.000 eieren, vlees, ham, aardappelen en koren.

 

1835:

De handel was tamelijk voorspoedig.
De papierfabrieken en kopermolens konden aan het werk blijven.
Er voeren 640 schepen door het kanaal.

 

1845:

De papierfabrieken zijn kwijnende al is er enige uitvoer naar de koloniën.
De kopermolens draaien wel, maar met weinig opbrengst.

 

1855:

Er zijn 21 papierfabrieken die samen 37.650 riem papier produceerden, wat een hoge opbrengst is.
De kopermolen in Vaassen levert weinig op.
Er werden 46.775 paar klompen gemaakt.
De wolspinnerij in Vemde produceerde 12.000 pond, die in Zuuk - gevestigd in de voormalige kopermolen - 120.000 pond.
Er worden vrijwel alleen landbouwartikelen verhandeld.
Bij de Horsterbrug passeerden 398 schepen; in 1852 nog 498.
De aanvoer over het kanaal en via Elburg: wijn, koren, hennep, hooi, lompen, raap- en lijnkoek, 325.640 metselstenen, 60.000 pannen en vloeren, 728.000 turven, kalk en hout.
Uitvoer: aardappelen, koren. Boter, spek, garen, kleinhout, 30.531 riem papier.

 

1865:

Er is gunstig geproduceerd tegen hoge prijzen.
In de koperfabriek van dhr. Kemper is nu een grof ijzersmelterij.
De wind-, koren- en pelmolens blijven gunstig werken.
Er is geen vaste verbinding met het station Elburg-Epe, men moet dus te voet.
De handel en scheepvaart neemt toe.
Nadat het spoor Deventer-Zwolle gereed is wordt Olst aantrekkelijk, maar dan moet het veer over de IJssel verbeterd worden.
De verlenging van het Apeldoorns Kanaal is wenselijk.

 

1875:

De beurtvaart vaart vrij geregeld.
De spoorlijn is dringend nodig.

 

1886:

De beurtvaart Apeldoorn-Amsterdam legt hier aan.
Men verheugt zich op de Koninklijke Nederlandsche Lokaalspoorweg, want er is geen enkel middel van openbaar vervoer.

 

1896:

Opgave van schepen boven de tien ton: vier met in totaal 150 ton scheepsruimte.

 

Ambacht
1855
1886
1896
Brood en koekbakkers
24
52
36
Winkeliers
60
Slijters/tappers
41
Kleermakers
22
22
16
Schoenmakers
22
19
15
Timmerlieden
39
30
20
Metselaars
38
29
8
Rietdekkers
11
9
7
Smeden
13
16
12
Kar- en voerlieden
45
Klompenmakers
14
19
25
Klompenmakerknechten
24
Wolspinners
2
Wolspinnerknechten
24
Papiermakers
20
Papiermakerknechten
100
Borstelmakers
1
1
Horlogemakers
2
2
Koperslagers
2
Kuipers
5
3
Schilders
10
7
Molenaars
8
Wagenmakers
6
Slachters
11
15

N.B.: In 1855 meldt men dat de timmerlieden ook vaak als metselaar werken.


Fabrieken en hun personeel

1886
1886
1886
1896
1896
1896
Soort
Man
Vrouw
Kind
Man
Vrouw
Kind
Chichoriefabriek
1
2
Stoomgrutterij
4
2
Houtdraaierij
5
Stoompapierfabriek
9
5
7
4
5

Papierfabrieken
(10 in 1886)

43
5
6
6
2
Steriolfabriek
(van Lohuizen)
8
1
1
7
3
18
Tuingereedschap
8
6
Stoomwasserij
6
3
4
7
3
Wasserijen
(1886: 1; 1896: 6)
5
17
24
14
Stoomijzergieterij
40
2
40
4
6
(2) Houtwolfabrieken
5
Brikettenfabriek
4
8
Drukkerij (met petroleummotor)
16
6
Coöp roomboterfabriek
15